Verwoesting van de eerste kerk en heropbouw tweede begijnhofkerk in de 16de en 17de eeuw.
In 1582 werd de kerk met de bijhorende huisjes verwoest door de Geuzen, maar vrij snel nadien terug opgebouwd. De heropbouw geschiede van 1585 tot 1599. ‘Het blijkt een reconstructie te zijn want de kerk die Sanderus tekende omstreeks 1640 lijkt op haar voorgangster als twee druppels water. Het was een éénbeukig gotisch gebouw, veeleer een grote kapel en ongeveer een roede (5,5m) kleiner dan de huidige kerk, zowel in de lengte als de breedte. Evenals de meeste Zuid-Nederlandse begijnenkerken bezat zij noch een kruisbeuk, noch een toren, alleen een spits dakruitertje priemde in de lucht. Binnen in het witgekalkte gebouw, was het hoofdaltaar toegewijd aan het Heilig Kruis, aan de H. Catharina als patrones en aan de Heilige Begga als beschermheilige. Links van het hoofdaltaar bemerkte men de Heilige Maagd, de Heilige Alexis en de Heilige Barbara. Rechts de Heilige Moeder Anna, Maria Magdalena en de Heilige Blasius. Volgens de dekenale visitatie van 1574 weten wij dat “de kapelaan van het hof iedere dag de Mis celebreert. Het meest indrukwekkende van de kerkmeubelen was de preekstoel, 1699 gebeiteld door De Doncker die ook de portalen van de Sint- Martinuskerk vervaardigde. De begijnen van Aalst hadden achter hun infirmerie een loskade aan de Dender die zij haven noemden, waar zij allerlei waren in- en ontscheepten. Tot in de 18de eeuw schijnt deze haven in gebruik te zijn. Het was langs deze laagste zijde van het begijnhof dat de watervloed soms en voornamelijk in de jaren 1662-63 de huizen en zelfs de kerk beschadigde. En de kerk stond toen vooraan op het plein.
Bouw van de derde en huidige begijnhofkerk in de 18de eeuw en schade in de Franse periode. Op bevel van Jozef II werden de kloosterorden afgeschaft in 1783, waaronder ook het Wilhelmietenklooster, palend aan het Begijnhof afgeschaft. Een deel van dit eigendom werd aangekocht om het begijnhof te vergroten, dat in die periode een grote bloei kende. Omwille van interne conflicten werd door een hogere bestuurscommissie en tegen de wil van de Begijnen beslist om een nieuwe kerk op te richten. De oude werd gesloopt en een nieuwe kerk werd opgetrokken in neo-classicistische stijl in 1786. In 1794 werd de eerste mis opgedragen. Kort nadien werd met de komst van de Fransen het Begijnhof opgeheven, de goederen werden overgemaakt aan de Commissie der Burgerlijke Hospitalen. De begijnen werden gedwongen het geestelijke kleed af te leggen en dienden een hoge belasting te betalen. Ze bleven nochtans tijdens deze Franse periode het hof bewonen. De pas gebouwde kerk werd gebruikt als "Temple de la Loi" vanaf 1794 en het Hof als "Champ national". Er werden rituelen van de godsdienst van de rede opgevoerd, zonder veel succes. De kerk werd geschandaliseerd en tijdens de optochten werden verschillende ruiten van de kerk ingegooid. Er werd zelfs even overwogen om de kerk af te breken. Als in 1800 niemand opdaagt voor de feestelijkheden werd besloten de kerk te sluiten om grotere schade te voorkomen. 19de eeuw: de rust keert weer op het begijnhof, maar het aantal begijnen neemt stilaan af. In 1801 werd de kerk opnieuw geopend voor de eredienst. De goederen van het Begijnhof werden verenigd met die van de Burgerlijke Godshuizen, die vroeger reeds 4 woningen in het beluik hadden gekocht. De rust keerde weer in het begijnhof, in 1808 was het aantal begijnen gestegen tot 83. De klokken. Wat er sedert den inval der Franschen op het Begijnhof tot op onze dagen overbleef: De klok, de eenigste, die tijdens het Schrikbewind, te Aalst, geluid werd, waarop men leest: Peeter is minen naem Ghegoten van Jacop Waghevens in ’t jaer MCCCCXIV. Dit bedewekkerken maakte vroeger deel van de drie klokjes, de Priemkens geheeten, en werd uit den toren der Sint-Martenskerk gehaald; Peeter werd door de Franschen naar de Begijnenkerk overgebracht.
Bron BEGIJNHOFKERK SINT- CATHARINA TE AALST Beheersplan 2016
De kerk Beeld Christus op de kouden steen De kapel Twee grafstenen verticaal geplaatst tegen de zijgevel van de kerk Muur met zeven nissen Muur kant Burchtstraat Herenhuis
Jezus zit op een klein muurtje, de handen voor het lichaam. Hij bloedt, de doornenkroon op zijn hoofd is te zwaar. Zijn blik is bedroefd en meewarig naar beneden gericht, aan zijn voeten liggen een doodshoofd en een spijkerblok. Dit is Christus op de Koude Steen, een voorstelling van Jezus die op de berg Golgotha zit te wachten, terwijl de beulen het kruis in gereedheid brengen. Eigenlijk gebeurt er niets. Hij wacht, meer niet. Beschrijving: Het beeld stelt Christus op de rots voor. Het is geplaatst in een nis, die afsluitbaar is met een glas-in- lood raam. Moeilijk te dateren volkskundig beeld. Zogenaamde imago pietatis, beeld van vroomheid. Het beeld roept empathie op. Dit type van volkskundige beelden waren aan het einde van de 15de eeuw van groot belang. Diagnose: Het beeld is licht beschadigd, er zit een barst in het been. Het schilderwerk bladdert erg af. De binnenzijde van de nis is verweerd en dient opgefrist. Het glas-in-loodraam dient nagekeken. De tekst onder de nis is onleesbaar. De arduinen plaat links van de nis is eveneens onleesbaar. Erfgoedwaarde: Fraai beeld ingewerkt in een nis in de kerkmuur.
Pagina 16
Vier foto's van fotograaf Guido Uyttersprot
Sint-Antonius van Paduakapel.
De neobarokke Sint-Antonius van Paduakapel in het begijnhof van Aalst is een opmerkelijk bouwwerk. Deze kapel, gebouwd in 1872, staat op de plek waar eerder het graf van Joanna Dedemaecker, een mystieke begijn uit de 17e eeuw, lag. De opdracht voor de bouw kwam van grootjuffrouw Victorina Vandermaeren en begijnhofpastoor Montfils. Boven de kapeldeur prijkt een herdenkingsopschrift voor deze begijn: “Ac piae memoriae Joannae Dedemaecker. Me ecxit V. Vandermaeren, Begg. 1631 - 1872”. De kapel heeft een vierkante vorm, is opgetrokken uit baksteen met natuurstenen afwerking, en heeft ronde vensters en een zwaar, rondboogvormig deurportaal met vierkante pilasters. De neobarokke baksteenconstructie valt op door haar koepeldak en de versieringen in natuursteen. De voorgevel draagt een fronton met een grillige cartouche, wat het geheel een enigszins ongewone uitstraling geeft.
(bron : Langs Vlaamse begijnhoven - Michiel Heirman)
Diagnose: Verkeerd in zeer slechte staat.
Pagina 17
Zeven staties
Rechts van de kerk staan nog overblijfselen van de oude begijnhofmuur. De muur is voorzien van zeven lege zandstenen statienissen. De zeven staties van Onze-Lieve-Vrouw van de zeven weeën. of smarten. Volgens de inventaris van Onroerend Erfgoed zijn de kapellen laat 17de, vroeg 18de-eeuwse.
Diagnose: De pleister is op vele plaatsen beschadigd en deels verdwenen. De muur is vervuild. Het voegwerk is in de onderste zone over de gehele lengte verdwenen.
.Onze-Lieve-Vrouw van zeven Smarten.
Ook bekend als Mater Dolorosa, is een titel voor Maria in de Mariaverering en een thema in de beeldende kunst. Ze wordt rouwend afgebeeld, bedroefd om haar aan het kruis gestorven zoon Jezus, voor wie ze een leven lang heeft gezorgd. De zeven smarten van Maria die op deze dag worden herdacht, zijn:
De profetie van Simeon in de Tempel bij het opdragen van Jezus (Lucas 2:25-35).
De vlucht naar Egypte (Mattheüs 2:13-14).
Het zoekraken van Jezus in de Tempel (Lucas 2:42-51).
Ontmoeting van Maria met Jezus op weg naar de Calvarieberg.
Maria staat onder Jezus’ kruis (zie Stabat Mater, Johannes 19:25-27).
Maria omhelst Jezus’ dode lichaam na de kruisafneming (zie Piëta).
Jezus wordt begraven (Mattheüs 27:57-66, Marcus 15:42-47, Lucas 23:50-56, Johannes 19:38-42).
Deze dag wordt jaarlijks op 15 september herdacht, de dag na het feest van de Kruisverheffing.